Interview met Gé Rieter

Gé Rieter met op de achtergrond de Fata morgana (op schilderij?)Een interview met G.F.M. Rieter (voormalig voorzitter stichting De Efteling) in april 1993. Dit interview werd gehouden in de villa van de heer Rieter in Vught. De heer Rieter is toch wel degene die de Efteling al van voor haar beginjaren kent. Wij hadden de eer hem te ontmoeten.

1. Wat hebt u allemaal gedaan voordat u bij de Efteling kwam werken?

Eerst heb ik op het gymnasium gezeten, daarna heb ik de M.T.S. in Eindhoven gevolgd. En daarna ben ik naar de Technische Hogeschool in Delft gegaan. Na mijn studie ben ik bij Calvé in Delft gaan werken. Ik ben daar van assistent technische dienst via verschillende functies technisch directeur geworden. Ook ben ik nog voorzitter van de L.T.S. in Oss en van het kerkbestuur.


2. Waarom bent u bij de Efteling gaan werken?
Ik ben in 1968 bij de Efteling gaan werken, omdat ze mensen zochten buiten Kaatsheuvel. Dit zou de internationale kwaliteit van het park verbeteren.

3. Hoe zit het Eftelingbestuur in elkaar?
Je hebt 7 bestuursleden, waarvan er 4 door de leden zelf worden benoemd en 3 worden er benoemd door de kerkbesturen van Kaatsheuvel, want de kerk heeft van het begin af aan al erg veel met de Efteling te maken gehad.
In 1951 toen de stichting De Efteling werd opgericht is besloten dat de winst wordt gebruikt voor de Efteling of voor de jeugd van Kaatsheuvel, dus het werd niet door het bestuur zelf opgemaakt. Ik ben in 1972 voorzitter geworden van het bestuur en moet samen met de andere leden allerlei beslissingen nemen over attracties, geldzaken e.d. Voor projecten als Fata Morgana moet er bijvoorbeeld geld geleend worden bij de bank.

4. Waarom is de Efteling zo gaan uitbreiden na 1978?
In de jaren 60 kregen we veel concurrentie van andere parken, zoals Ponypark Slagharen en Walibi. En toen de bezoekersaantallen tussen 1967 en 1977 begonnen terug te lopen hebben we gezegd: nu moeten we investeren, anders gaan we kapot. Toen kwamen attracties als Python, Schipschommel, Carnaval Festival en andere.

5. Waarom is de Efteling in 1985 een B.V. (Besloten vennootschap) geworden?
De Efteling had geld nodig voor grote attracties, dat hadden we niet en dus moesten we geld lenen. De bank leent liever geld aan een B.V. dan aan een stichting, daarom zijn we toen B.V. geworden. Maar we willen nog meer verdienen, daarom denken we eraan om over een paar jaar ook in de winter open te blijven, en in de zomer meer bezoekers te trekken door grote attracties en verblijfsaccommodatie.

6. Ook komt er een Jungle, wat wordt dit precies?
Dat project is nog mede ontwikkeld door Joop Geesink van het Carnaval Festival, het zou een jungle-festival worden, met een draaiende schijf. Maar dit project is uitgesteld en word waarschijlijk later in een grotere vorm bij het vakantiedorp geplaatst.

7. Door wie worden de nieuwe attracties verzonnen?
Door ons, het bestuur. Dan wordt het voorgelegd aan de directie en de staf en als het dan financieel wordt goedgekeurd, wordt het verder uitgewerkt door Ton van de Ven of de andere ontwerpers. Maar ook de bezoekers van de Efteling hebben grote invloed op wat voor attracties er komen.

8. Waarom wijkt de Efteling zo af van het Pieckidee?
De Efteling was eerst een soort etalage, waar je alleen langs kon lopen. Je kon niks zelf doen. Daarom moesten er attracties komen waar je instapt en alles helemaal meebeleeft. Dus we wilden aan de ene kant een romantische perfectie van Anton Pieck en aan de andere kant ook meer de spannende attracties.

9. Worden attracties ook van andere parken nagebouwd?
Nee, niet precies. We hebben wel een Python en een schipschommel, zoals Amerikaanse pretparken, maar die zijn wel geheel in Eftelingstijl aangekleed. Ons Carnaval Festival is ontstaan toen we in Disneyland een soortgelijke attractie zagen: ‘A small World’. Hier woord je in een karretje langs vrolijke scenes gereden. Wij wilden zoiets ook in de Efteling hebben, en hebben toen aan Joop Geesink (van Loekie de Leeuw) gevraagd of hij een attractie wilde ontwerpen die nergens anders ter wereld te vinden is. Joop Geesink lag toen al met kanker in het ziekenhuis. Hij had niet lang meer te leven en heeft op zijn ziekbed zijn laatste attractie ontworpen in vier dagen tijd, van maandag t/m donderdag. Het werd een hele maquette, met daarin carnaval over de hele wereld.

10. Hoe zien de uitbreidingsplannen er uit?
Naast de genoemde jungle en vakantiestad komen er bungalows in stijl en golfbanen, tennisbanen en een tropisch zwemparadijs. Een mainstreet met winkels en restaurants verbinden de Efteling met de vakantiestad.

11. Wat is uw lievelingsattractie
Na even denken: Fata Morgana

12. Waarom bent u bij de Efteling weggegaan?
Ik ben in juli (1989) weggegaan, omdat ik vind dat er weer ruimte moet komen voor nieuwe ideeën. Ik werkte al een hele tijd voor de Efteling, en op een gegeven moment moeten er toch jongere mensen in je plaats komen. Ik kreeg bij mijn afscheid een mooi schilderij van Fata Morgana, en ik heb er met veel plezier gewerkt.